Andrés Reisigner is een nieuw soort ontwerper die met één been in de digitale wereld staat en met het andere been in een analoge realiteit. Hij was de eerste die zijn virtuele meubelcollectie The Shipping voor 400 duizend euro verkocht als NFT. “Mijn digitale ontwerpen zijn in zekere zin prototypes uit nieuwe digitale werelden als metaverse.”
De Argentijnse ontwerper Andrés Reisinger maakte de afgelopen jaren furore op Instagram met gelikte computer renderings. Een van die digitale creaties was de Hortensia Chair, een stoel die leek gemaakt van 10 duizenden bloemblaadjes. Door het boeket roze knoppen was de vorm van een ouderwetse, ietwat statige fauteuil duidelijk te zien. Het online succesmeubel – het vergaarde 10 duizenden likes – werd opgemerkt door de immer alerte Marcel Wanders, die er een meteen een aanwinst inzag voor zijn designlabel Moooi. Of Reisigner niet een fysiek exemplaar van de stoel kon maken? Dat kon.
Inmiddels is de stoel Hortensia Chair te koop bij Moooi. De verkoopprijs is op aanvraag maar ligt ergens rond de vijfduizend euro. Een smak geld maar daarvoor krijg je dan ook een unieke stoel bestaande uit 30 duizend handgestikte zijden bloemblaadjes. Tot zover nog steeds niets opzienbarends. Veel designlabels breiden hun collectie immers op basis van renderings en digitale ontwerptekeningen die al dan niet viral zijn gegaan.
Online NFT-veiling
Totdat Reisiginger, die een digitale ontwerpstudio heeft in Barcelona, in april vorig jaar een complete collectie van deze digitale meubelontwerpen veilt als een NFT, waaronder de tekening van de Hortensia Chair. Deze digitale collectie The Shipping van tien meubels gaat in slechts tien minuten weg voor 400 duizend euro op een oline-veiling op het NFT-platform Niftygateway.com. De Hortensia Chair wordt verkocht voor ongeveer 25 duizend euro. Waarmee de bizarre situatie is ontstaan dat de virtuele versie van zijn Hortensia Chair – die feitelijk alleen online bestaat – dúúrder is dan het exemplaar van zijde, hout en metaal dat wordt geproduceerd door Moooi. “Ik denk dat dit hét kantelpunt markeert in de waardering voor digitaal design”, zegt Andrés Reisinger.
Andrés Reisigner (1990) is een nieuw soort ontwerper die met één been in de digitale wereld staat en met het andere been in een de analoge realiteit. “Ik maak ontwerpen die zowel een online als offline bestaansrecht hebben”, zegt Reisigner in een zoom-gesprek vanuit zijn studio in Barcelona. “Sommige ontwerpen blijven digitaal, andere worden uiteindelijk ook een fysiek object.” De digitale ontwerpen verkoopt Reisigner als NFT; de kopers hebben de optie om de meubels vervolgens door hemzelf te laten maken. Alleen de Hortensia Chair wordt gemaakt door Moooi. “Maar het vertrekpunt is altijd een digitaal ontwerp. Daarom zijn mijn ontwerpen uitsluitend te koop als NFT. Behalve dan de Hortensia Chair dus.”
“Mijn digitale ontwerpen zijn in zekere zin prototypes, net zoals de proefmodellen van Gerrit Rietveld uit de jaren twintig. En die worden nu voor geld verkocht.”
Voor Reisigner zijn zijn digitale ontwerpen net zo echt als de uiteindelijke fysieke object die er soms van worden gemaakt. “Mijn digitale creaties hebben zelfs meerdere functies. Op Instagram zijn het showpieces en worden de beelden vooral gewaardeerd op hun esthetische kwaliteit. Voor sommige ontwerpers zal het inspiratie zijn, of juist het tegenovergestelde. Ik ontwerp uitgesproken objecten dus niet iedereen zal zich er door aangesproken voelen.”
Mark Zuckerberg
Daarnaast kunnen zijn creaties ook een online een meer praktische toepassing hebben. “Ze kunnen door gebruikers in hun persoonlijke omgeving in bijvoorbeeld metaverse worden geplaatst. Dat is nu nog niet echt daadwerkelijk het geval. Daarvoor is de ontwikkeling van metaverse te pril. Er moeten nog compleet nieuwe werelden voor worden ontworpen. Ik bouw mee aan deze wereld. Mijn digitale ontwerpen zijn in zekere zin prototypes, net zoals de proefmodellen van Gerrit Rietveld uit de jaren twintig. En die worden nu voor geld verkocht.”
Maar het gebruik en daarmee de acceptatie van metaverse is slechts een kwestie van tijd, aldus Reisigner. “The Shipping werd gelanceerd nog voordat Mark Zuckerberg zijn metaverse lanceerde. Maar toen begreep opeens iedereen wat ik aan het doen was. En toen opeens kreeg het opeens ook een nieuwe financiële waarde. Het kan dus snel gaan.” Wat ook weer allerlei nieuwe vragen oproept. “Willen wij in onze leefomgeving in de metaverse straks dezelfde meubels hebben als in onze echte woonhuizen? Of willen wij juist compleet andere meubels? Of misschien iets dartussen in? Dat onderzoek ik met mijn creaties.”
“Ik ontwerp uitgesproken objecten dus niet iedereen zal zich er door aangesproken voelen.”
Onderwater interieurs
Resigner ziet zichzelf als een voorloper. “The Shipping was een van de eerste collecties van digitale meubels die als NFT werd verkocht – of misschien wel de allereerst, dat weet ik niet en dat is ook niet heel belangrijk. Mijn creaties roepen vragen op over hoe digitale meubels eruit kunnen zien. Het is relatief nieuw dat meubels ook online een bestaansrecht hebben. De Hortensia Chair is bijvoorbeeld gemaakt van bloemen die behoorlijk realistisch ogen. Terwijl ik natuurlijk ook fantasiebloemen had kunnen gebruiken, die er nauwelijks nog als een bloem uitzien. Maar blijkbaar is het die spanning tussen de virtuele wereld en de werkelijkheid waar mensen aan blijven haken bij mijn creaties.”
Aanvankelijk studeerde hij grafisch ontwerp aan de universiteit van Buenos Aires. “Dat heb ik niet afgemaakt. Ik was niet geïnteresseerd in het maken websites of bedrijfslogo’s. Het enige wat ik leuk vond warende colleges die ik kreeg van architecten en interieurontwerpers. Van hen leerde ik ruimtelijk te denken. Zo vormde zich mijn huidige interesse in het creëren van digitaal design en architectuur.”
“Ik word aangetrokken door de creatieve vrijheid die de digitale wereld biedt. Daar hoef ik mij niets aan te trekken van zaken als zwaartekracht, zitcomfort of maakbaarheid.”
Het is nooit zijn intentie geweest om fysieke meubels te ontwerpen die door vooraanstaande designlabels op industriële schaal worden vervaardigd. “Ik word aangetrokken door de creatieve vrijheid die de digitale wereld biedt. Daar hoef ik mij niets aan te trekken van zaken als zwaartekracht, zitcomfort of maakbaarheid. Als ik een stoel wil maken van bloeiende bloemen, dan kan dat. En als ik die stoel in een onderwaterinterieur wil plaatsen, dan kan dat ook.”
Digital natives
Gaandeweg raakte de digitale ontwerper toch gefascineerd door de materiële wereld. Hoe zou het zijn als zijn meubels in echte interieurs zouden staan? Hoe zouden ze dan gemaakt moeten worden, en waarvan? Waarin zouden ze hoe dan ook verschillen van hun digitale broertjes en zusjes? Hoe zouden deze meubels gebruikt worden? “Die spanning tussen on- en offline intrigeerde mij.” Dat klinkt als de typische fascinatie van een digital native, een jonge twintiger die met smartphones, tablets en games is opgegroeid. “Nog voordat ik kon lopen zat ik al op een laptop. Mijn levens speelt zich vanzelfsprekend voor een groot deel online af. Waarom zou ik mij daar dan niet omringen met mooie spullen?”
“Nog voordat ik kon lopen zat ik al op een laptop. Mijn levens speelt zich vanzelfsprekend voor een groot deel online af. Waarom zou ik mij daar dan niet omringen met mooie spullen?”
Terwijl sommige NFT-kopers het puur voor de voldoening doen om een stukje virale kunst te bezitten, hebben de klanten van Reisinger ook een fysieke aankoop gedaan – of althans: de optie daarop. “Bij sommige werken staat in het NTF-contract dat de maker het recht heeft om een fysiek exemplaar van het meubel door mij te laten maken. Die spanning tussen het fysieke object en de digitale wereld is wat mij intrigeert.”
Ook de oplage van de NFT’s verschilt. “Ik werk het liefste met unieke stukken; die zijn uiteraard heel kostbaar omdat er heel veel tijd zit in het maken van één perfect beeld. Bij andere meubels is de oplage tien stuks, oplopend tot maximaal 168 stuks. Waarom precies dat aantal? Pfff, dat is een best suf en technisch verhaal over de samenstelling van mijn blockchain. Daar is dan weer niks spannends aan.”