In een serie van vier longreads wordt de Regeling Talentenontwikkeling van het Stimuleringsfonds voor de Creatieve Industrie belicht. Met vandaag de allernieuwste lichting, die de corona-pandemie met een scherpe concentratie gecombineerd en doorzettingsvermogen improvisatie en flexibiliteit de corona-crisis het hoofd bood. Precies de kwaliteiten die benodigd zijn bij de urgente uitdagingen van klimaatverandering, een pandemie en groeiende ongelijkheid.
Leercurve vol lockdowns
In creatieve denkers, makers en onderzoekers haalt een crisis vaak het beste naar boven. Extreme omstandigheden vragen immers om een kritische, innovatieve en probleemoplossende benadering – kwaliteiten waarin juist deze beroepsgroep is getraind of die zij zich eigen hebben gemaakt in de praktijk. Maar de huidige gezondheidscrisis als gevolg van de covid-19-pandemie, heeft het uiterste gevergd van de 35 makers en ontwerpers die dit jaar een talentontwikkelingsbeurs ontvingen. Omdat ze er zelf ook zo hard door zijn geraakt. Stel je voor, je staat aan het prille begin van je loopbaan en krijgt van het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie een jaar om je leercurve te verdiepen met buitenlandse stages, uitzonderlijke samenwerkingen, inspirerende beurs- en museumbezoeken en expertmeetings. Maar je realiteit bestaat uit anderhalvemetercontact, lockdowns en reis-quarantaines…
Met veel aanpassingsvermogen heeft de lichting 20/21 een scherpe concentratie gecombineerd met improvisatie en flexibiliteit. Meetings zijn naar online verplaatst en de beperkte reismogelijkheden zijn optimaal benut. Maar vooral hebben deze jonge ontwerpers en makers door introspectie en kritische reflectie ongestoord een eigenzinnige oorspronkelijke koers uitgezet. Hun onderzoeken waaieren uit van afro-futurisme (Wes Mapes) en middeleeuws paganisme (Sophia Bulgakova) tot materiaalonderzoek naar recyclebaar glazuur (Seok-hyeon Yoon) of plantaardige kaas (Philip Kolmann). Meer dan voorgaande jaren hebben de talenten een heldere focus kunnen behouden. Prikkels en invloeden van buitenaf waren er immers nauwelijks.
Dekolonisatie van design
Het was kortom een jaar waarin de wereld stilstond en tegelijkertijd door raasde. Het kan haast niet anders of de talenten die zich in deze context hebben ontwikkeld, zijn gepokt en gemazeld in het werken onder druk. Ze kunnen zich verhouden tot voortdurend veranderende omstandigheden en onderkennen de hoge maatschappelijke verwachtingen van hun werk. Veerkracht zou zomaar hun kenmerkende eigenschap kunnen worden. Wat nog maar eens wordt onderstreept met de nominatie van maar liefst twee talenten voor een Dutch Design Award als Young Designer: Audrey Large en Bodil Ouédraogo. Ze zijn klaar voor een volgende crisis. Dat is maar goed ook, want deze gezondheidscrisis is niet de enige uitdaging van deze tijd.
Een hoopvol signaal is dat de talenten met hun werk dicht op de tijdgeest zitten. Diversiteit en ongelijkheid staan hoog op de agenda. Kritisch maar onbevooroordeeld zoeken ze naar een deconstructie en daaropvolgende dekolonisatie van hun vakgebied, of dat nou design, architectuur, mode, digitaal of alles daartussen is. Bestaande machtsstructuren worden niet alleen bevraagd, er wordt ook actief gezocht naar een gelijkwaardige en radicale inclusiviteit.
Meerstemmigheid is inmiddels ook het uitgangpunt in de selectie van de talenten. De scout nights, waarmee het Stimuleringsfonds in 2019 startte, zijn daarbij van onmisbare waarde. Hier kunnen makers die de weg niet vinden naar fondsen en subsidies zoals de Regeling Talentontwikkeling omdat zij zijn opgeleid buiten de gebaande paden een pitch doen voor een jury. Dit levert niet alleen verrijkende voorstellen op voor maatschappelijke inclusiviteit, het draagt ook bij aan vakinhoudelijke vernieuwing. Aan academies opgeleide ontwerpers werken samen met bottom-upinitiatieven, terwijl autodidacte creatieven hun streetwise beeldtaal onderbouwen met theoretisch discours. Ambachtelijk glas-in-loodzetter Funs Jansen doet onderzoek voor zijn actuele illustraties bij Black Archives. De in praktijk opgeleide filmmaker (en bioloog) Frances Rompas meldde zich alsnog aan bij het prestigieuze Instituto Europeo di Design in Milaan.
Empathisch activisme
Het emanciperende vermogen van creativiteit wordt door de talenten ten volle benut. Het aloude adagium design for all – niet voor niets stond Viktor Papanek dit jaar weer volop in de belangstelling – is voorzien van een nieuwe betekenis. Met urgente projecten wordt een breed pallet aan maatschappelijke vraagstukken onderzocht. Waar mogelijk wordt daarbij geput uit persoonlijke ervaring, zoals de indringende projecten rond autisme (Asefeh Tayebani) of burn-out (Sydney Rahimtoola). Ook de talenten die zich richten op queeremancipatie (Gabriel Fontana of Renee Mes), de problematiek van de derde generatie van Marokkaans-Nederlandse afkomst (Khalid Amakran) of intersectionele identiteiten als bicultureel én queer (JeanPaul Paula) zijn geworteld in deze gemeenschappen.
Deze vanzelfsprekende agency is overigens geen voorwaarde voor een betrokken beroepspraktijk. Commitment en empathisch activisme zijn minstens zo belangrijk. De politieke antenne van de talenten staat scherp afgesteld. Zo deed Lesia Topolnyk een diepgravend onderzoek naar de architectuur van machtscentra als het Kremlin of de Navo. Om de macht te kunnen herverdelen moet je immers eerst weten hoe deze is georganiseerd.
We zouden het bijna vergeten in alle aandacht voor het individuele welzijn, maar de aarde zelf verkeert eveneens in een zware gezondheidscrisis. De klimaatverandering is niet langer te ontkennen. De vraag is alleen: hoe groot is de impact van de mens? Louis Braddock Clarke heeft een eigen geologisch instrumentarium ontwikkeld om deze data tot in de diepste aardlagen te achterhalen. Tegelijkertijd worden pragmatische suggesties aangedragen voor verandering; het planten van de juiste boom op de juiste plek kan het begin van het verschil zijn, zoals Jean-Francis Gaulthier demonstreert.
Arabische kalligrafie
Zo lijkt het een homogene groep, de lichting 20/21 van de Regeling Talentontwikkeling. Ze zijn immers gevormd door een tijdsgewricht van crises. Maar ieder talent formuleert daarop zijn eigen antwoorden of juist vragen. Hun praktijk is allang niet meer te simplificeren tot de geijkte categorieën mode, product design, architectuur en digitaal. Zelfs specificaties als installatie, transmedia of interactief doen de creatieve authenticiteit tekort. Met inventiviteit hoppen ze van de ene naar de andere discipline. Arabische kalligrafie versmelt met ruimtelijke vormgeving (ILLM/Qasim Arif) en migratieproblematiek wordt verwerkt tot atonale soundscapes (Andrius Arutiunian). Soms beginnen zich zelfs nieuwe vakgebieden af te tekenen, zoals immersive storytelling door middel van een ruimtelijke installatie, scenografie, fotografie, dataresearch en politiek activisme (Irakli Sabekia).
Maar één ding hebben ze gemeen: vol daadkracht en empathie willen ze een actieve rol spelen in noodzakelijke maatschappelijke veranderingen. De uitdagingen zijn groot – voor klimaatverandering, een pandemie en sociale groeiende ongelijkheid zijn geen pasklare oplossingen. Dat vraagt om focus, veerkracht en inventiviteit. Precies de kwaliteiten waarover deze talenten beschikken.