Ontwerpers hoeven zich niet te laten tegenhouden door een gevoel van machteloosheid, zegt Miriam van der Lubbe, sinds 2022 Creative Head van de Dutch Design Week (DDW). Daarom voorspelt ze de “misschien wel meest positieve editie ooit”. Naast de grote maatschappelijke vraagstukken van onze tijd is er op DDW ruimte voor slimme en mooie ontwerpen. “Schoonheid kan een deur zijn naar betekenis en begrip van ontwerp.”
Door de focus op maatschappelijke problemen is DDW een barometer voor wat speelt in de samenleving. Wat is – op basis van jullie programma – het grote vraagstuk van deze tijd? “Technologie is in elk geval een van de meest zichtbare thema’s. Misschien moest je enkele jaren geleden nog zoeken naar kunstmatige intelligentie in het programma, nu zijn er tientallen projecten, lezingen en thematische exposities alleen daarover. We zijn geen tech-week met de nieuwste apps of gelikte gadgets. Het gaat vooral over de impact die technologie heeft op ons, als individu en als samenleving. MU Art House heeft bijvoorbeeld een specifieke expositie over prompting, de communicatie tussen mens en AI-systeem. Nieuw dit jaar is ook de Embassy of Digital Futures, met onder meer een project van Julia Jansen over het recht om te kunnen worden vergeten, nu alles online bewaard wordt. Kenmerkend is dat deze projecten zelden gaan over de technologie zelf.”
“Natuurlijk is er ook dit jaar veel aandacht voor circulariteit en inclusiviteit, de grote thema’s van voorgaande jaren. Maar deze zijn als het ware geïntegreerd in de praktijk. Nieuwe producten zijn vanzelfsprekend gemaakt van herbruikbare materialen. Ontwerpen voor de openbare ruimte of publieke diensten zijn voor iedereen toegankelijk. De mentaliteit is verschoven. Was er voorheen vooral een focus op het zichtbaar maken van problemen, nu is er een toenemende daadkracht. Ontwerpers zijn bezig om het verschil te maken. Dit is misschien wel de meest positieve editie ooit!”
Het programma van DDW wordt voor een groot deel bepaald door het werk van de deelnemende ontwerpers. Hoe brengen jullie daarin accenten aan als organisatie? “Dit jaar hebben we een Open Call uitgeschreven voor Grand Projects, grootschalige projecten in de openbare ruimte. Uit negentig inzendingen hebben we er elf financieel ondersteund en die zijn tijdens de week op diverse locaties te zien. Op Strijp-S staat Rayonne, een reusachtige circustent van gereycled textiel. In de vijver bij het Van Abbemuseum drijft Pond, een installatie van ontwerper Ermi van Oers die de waterkwaliteit zichtbaar maakt. Verderop op Ketelhuisplein staan vijf experimentele winturbines van Noud Sleumer. Met deze installaties willen we abstracte thema’s als de circulaire economie of de energietransitie tastbaar maken.”
Het thema dit jaar is Real Unreal. Kun je dat iets concreter maken? “De eenvoudige uitleg is hoe wat vandaag nog ondenkbaar is morgen toch een realiteit kan zijn, of andersom. Dit thema gaat ook over de worsteling van ontwerper met de haalbaarheid van hun ideeën. Kun je wel invloed hebben op grote thema’s als klimaatverandering? Toch moeten we ons niet moeten laten tegenhouden door een gevoel van machteloosheid. Real Unreal is daarom vooral een oproep aan jonge ontwerpers om niet bij de pakken neer te zitten. Het is taai om na je opleiding opeens in die grote wereld te staan. Waar begin je? En waarmee? Met Real Unreal willen we benadrukken dat verandering begint met kleine stapjes. En dat elke bijdrage, hoe klein ook, een reële bijdrage kan leveren.”
Lees ook dit nieuwsbericht over Ermi van Oers : Met ingenieuze lichtinstallatie onthult ontwerper Ermi van Oers kwaliteit van onderwaterleven
“De keuze voor Bas van de Poel als een van onze inhoudelijke beacons sluit aan bij dit thema. Met zijn studio Modem tast hij de toekomst af, waarbij hij zich voortdurend afvraagt wat mogelijk is en wat niet, en ook wat wel of niet gewenst. Op welke manier kan immersieve technologie een zinvolle bijdrage leveren aan de samenleving? Hoe kunnen we allemaal profiteren van kunstmatige intelligentie? Bas vraag zich voortdurend af: de aannames die we hebben over technologie, over de toekomst, kloppen die wel? Real Unreal dus. Het is een oproep om ook als ontwerper altijd kritisch en onafhankelijk te blijven denken en onderzoeken.”
Lees ook dit interview met Bas van de Poel: CreativeNL Leader 2 – Bas van de Poel, Modem: “Doe grondig onderzoek maar vertrouw op instinct”
Kun je iets meer uitleggen wat de rol van deze ‘beacons’ is? “De beacons zijn drie ontwerpers die op de troepen vooruitlopen en daardoor als een baken fungeren in de steeds veranderende ontwerpwereld, een beetje zoals de ambassadeurs in voorgaande jaren. Wij signaleren een verschuiving van human-centered naar natuur-inclusief design. Dus hebben we de Australische landschapsontwerper Julia Watson gevraagd als beacon. Zij pleit voor een andere omgang met de aarde en de natuurlijke hulpbronnen. We moeten van global naar local. In haar boek Lo—Tek. Design by Radical Indigenism (Taschen)beschrijft zij hoe de kennis en ervaring van inheemse culturen daaraan kunnen bijdragen. We zijn vergeten hoe we kunnen bouwen met grondstoffen uit onze directe omgeving. Of hoe we steden bouwen die kunnen meebewegen met het water. Julia zegde trouwens meteen toe om te komen; zij ziet de verbeeldingskracht en autonomie van de Nederlands creativiteit als een belangrijke inspiratie.”
Niet elke ontwerper buigt zich over de grote maatschappelijke vraagstukken van deze tijd. Hoe inspireren en verbinden jullie de ondernemende ontwerpers? “De economische waarde van ontwerp is een belangrijke programmalijn van DDW. De derde beacon is André Doxey, Head of Design van LEGO en voormalig Creative Director bij Adidas en Nike. Hiermee willen we de aandacht vestigen op de minder zichtbare rol van ontwerpers bij grote bedrijven en instellingen. Daarnaast leggen we nog meer nadruk op het belang van esthetiek. Deelnemers krijgen bij hun aanmelding de vraag: hoe ziet je presentatie eruit? Indien nodig helpen we de ontwerpers ook bij het beter ontsluiten van hun werk. Schoonheid kan een deur zijn naar betekenis en begrip van ontwerp.”
Lees meer over de ‘beacons’: De ‘beacons’ van DDW24 zijn Andre Doxey, Julia Watson en Bas van de Poel
Het aanbod op DDW is overweldigend met meer dan tweehonderd exposities waaraan honderden ontwerpers deelnemen. Een vraag waarmee veel bezoekers worstelen is: waar moet ik heen? “Dit jaar hadden we zelfs een recordaantal aanmeldingen. We steken veel energie in het overzichtelijk presenteren van het aanbod. Zo is het programma onderverdeeld in vijf missies: Vitale Planeet, Leefomgeving, Gezondheid & Welzijn, Gelijkwaardige Samenleving en Digitale Toekomst. Deze zijn vervolgens weer onderverdeeld in vijf subthema’s of beter gezegd ontwerp-perspectieven, zoals Product & Ambacht of Speculatief & Sociaal. Door aan deze knoppen te draaien kun je je eigen programma samenstellen. Ook steken we veel energie in het programma toegankelijker aanbieden via de website, op locatie en – nieuw – werken we hard aan een handige DDW app.”
“Maar zelfs als je weet waar je interesses liggen, kan het moeilijk zijn om net die ene locatie of expositie te vinden. Daarom hebben we een aantal exposities gebundeld op één locatie. Op het Ketelhuisplein vind je onder de noemer Desiging Society nu bijna alle Embassy’s en de What If Labs, waarbij ontwerpers en bedrijven en organisaties samen werken aan vraagstukken. Ook vind je hier een presentatie van PONT, een grootschalig overheidsprogramma waarbij ontwerp wordt ingezet bij maatschappelijke vraagstukken. Dat is misschien voor het grote publiek niet allemaal even interessant, omdat het nogal wat vakkennis vereist.”
Lees meer over het ontwerpend onderzoek in het PONT programma: Is ‘ontwerpend onderzoek’ het nieuwe antwoord op maatschappelijke vraagstukken?
Wat is de grote verandering van de afgelopen drie jaar dat jij de creatieve koers van DDW uitzet? “DDW heeft al 25 jaar als missie om te inspireren, zowel bezoekers als deelnemende ontwerpers. Gaandeweg kwam daarbij het verbinden van ontwerpers met publiek maar ook de overheid, maatschappelijke organisaties en het bedrijfslevens. Inmiddels zien we dat overheden en maatschappelijke organisaties in bijvoorbeeld zorg of mobiliteit ons weten te vinden. We pakken nu ook een regisserende rol op en koppelen deze partijen actief aan ontwerpers. Dat toen we onder meer met de nieuwe Missiedagen voor professionals. Van maandag tot vrijdag staat elke dag in het thema van een van de vijf missies met een verdiepend programma van diverse lezingen en workshops; soms zijn er wel zes van zulke kennissessies tegelijk.”
“Het programma van de Missiedagen wordt mede-ingevuld door partners als het Nieuwe Instituut, de TU’s van Eindhoven en Delft of ClickNL. Het duurt tot half een ’s middags, zodat ook de deelnemende ontwerpers ‘s middags weer bij hun project of studio aanwezig kunnen zijn. De afsluiting is een gezamenlijke lunch zodat je ook de deelnemers aan andere sessies ontmoet. Deze Missiedagen zijn allemaal op dezelfde centrale locatie, het Natlab. Op woensdag en vrijdag is er bovendien een immersief en een muzikaal avondprogramma voor professionals in de Effenaar en het Muziekgebouw. Toegang tot de Missiedagen is hoofdzakelijk op uitnodiging maar we willen dit de komende jaren uitbouwen tot een stevig kennisfestival met Pro-tickets.”
Wat is er te zien voor de ‘design-leek’, de bezoeker die op zoek is naar mooie objecten of inspiratie voor zijn woonhuis? “De meer dan tweehonderd ontwerpers in Eindhoven die heel genereus hun studio openen en laten zien wat ze maken – en vooral ook hoe – zijn nog steeds het fundament van DDW. Locaties als Piet Hein Eek, De Kazerne en Sectie-C behoren elk jaar weer tot de best bezochte locaties. Niet voor niets behoren Signatuur & Collectible en Product & Ambacht tot de vijf subthema’s. Daarnaast zijn er ook dit jaar weer nieuwe spannende locaties bijgekomen, zoals het Koelhuis. Daar vind je grootse immersieve installaties, maar ook een specifieke expositie over de meerwaarde van nft’s en blockchain voor digitale kunst en design. Zelfs als je geen kaartje koopt, kun je in heel Eindhoven kennis maken met design met installaties en manifestaties in de openbare ruimte. De gezamenlijke expositie Desiging Societyop het Ketelhuisplein hebben we bewust gratis toegankelijk gehouden. We willen een toegankelijk en verrassend evenement zijn, dat ook reflectie en verdieping biedt.”
Voor het volledig programma van DDW, zie HIER .